Geoffroy Van Hulle: 'Je moet in je huis op reis kunnen gaan.'

Geoffroy Van Hulle
zondag, 7 november, 2021 - 15:30

GEOFFROY VAN HULLE (45) CREËERT INTERIEURS VOL JOIE DE VIVRE

“Dertig seconden nadat ik in een huis binnenstap, weet ik al wat belangrijk is voor de mensen die er wonen”, zegt Geoffroy Van Hulle, de zesde generatie van een meubelmakersgeslacht. “Zelf kan ik geen beitel vasthouden, maar interieur zit in mijn DNA.”

Tekst: Katrijn Serneels / Foto’s: Stijn Wils

 

Zijn betovergrootvader maakte stoelen en tafels. “Iets wat je niet aan mij moet vragen: ik beheers het ambacht van houtbewerken niet”, zegt Geoffroy Van Hulle. “Hamers en beitels, daar kan ik weinig mee. Maar laat me een huis zien en ik richt het in mijn hoofd helemaal in.”

Groeide je op tussen de tafels en stoelen?
“Ja, ik mocht met mijn grootouders en ouders mee naar meubelbeurzen, zag hoe ze daar de fraaiste stukken uitkozen. Mijn grootouders hadden ook een eigen atelier waar ze zelf meubels vervaardigden, maar die vulden ze ook aan met Italiaanse en Spaanse stijlmeubelen die ze mooi vonden. De slogan van de winkel was lange tijd: ‘Van Canneyt, symbool voor kwaliteit’. Bij ons kwamen de mensen langs om een uitzet te kiezen die vaak voor de rest van hun leven zou meegaan: eiken tafels en kasten, een lederen salon …”
“Ik wilde dan ook voor interieurarchitect gaan studeren, want huizen inrichten was helemaal mijn ding. Voor mij maken meubelen en interieurobjecten deel uit van een compositie die ik in mijn hoofd maak. Ik zie de kleuren en volumes al voor me in de ruimte. Maar tijdens mijn studies in Gent merkte ik algauw dat mijn inspirerende interieurs niet strookten met de visie van de school in die tijd. Ze verwachtten minimalistische interieurs met meubels van Le Corbusier, terwijl ik chesterfields en landelijke kasten met kippengaas wilde combineren. Ik voelde me er niet begrepen, onze visies lagen te ver uit elkaar. Dus deed ik stage bij enkele andere decorateurs en ging ik mee in de winkel van mijn moeder aan de slag.”

Ging je ook meubels verkopen?
“Nee, ik mocht een hoekje van de showroom in Maldegem inrichten in mijn eigen stijl. Ik begon te mixen en te matchen met de meubels die we hadden. Een tafel combineren met de stoelen van een andere set, verschillende zetels samen in een hoekje zetten … Zo kreeg dat hoekje een look die je niet in de catalogus terugvond. En algauw bleek dat die meubels het snelst werden verkocht.”
“De vrouw van de lokale BMW-garageuitbater was zo gecharmeerd door mijn stijl, dat ze me vroeg haar hele huis in te richten. Dat viel in de smaak bij haar vriendinnen, die zo ook bij mij terechtkwamen.” 

Vandaag is je stijl kleurrijk en eclectisch: jij bent niet bang om stijlen te mixen. Net zoals interieurarchitect Gert Voorjans. Is hij een voorbeeld voor jou?
“Gert Voorjans is een vriend van mij, we begrijpen en waarderen elkaar. Maar we hebben ook elk onze eigenheid. Mijn grote inspiratiebronnen zijn twee Britten: Cecil Beaton, die schilderde, fotografeerde en interieurs en filmsets ontwierp, en de Britse decorateur David Hicks, een heel inspirerende figuur.”

Hicks zei: “The best rooms have something to say about the people that live in them.” Mee eens?
“Helemaal, daarom maak ik ook graag werk van diepgaande ontmoetingen met mijn klanten. Ik wil niet alleen hun huis zien, ik wil weten waar ze graag naar op reis gaan, wat de hobby’s van hun kinderen zijn … Een interieur is geslaagd als het klikt, daarom vind ik het heel belangrijk dat mijn klanten en ik elkaar goed aanvoelen, zodat ik het vertrouwen krijg om er 100 procent voor te gaan. Daar zijn niet altijd veel woorden of uitgebreide, gedetailleerde moodboards voor nodig.”
“Ik heb in het verleden gemerkt dat wanneer die klik tussen mij en de klanten ontbreekt, we soms eindigen met een interieur dat een compromis van beide kanten is. Eentje waar noch ik noch de klant helemaal gelukkig mee is. Dat is niet de bedoeling, dus begin ik er nu pas aan als ik weet dat het helemaal goed zit. Als dat betekent dat sommigen niet van mij moeten weten, terwijl anderen mij doodgraag hebben: dan is dat nu eenmaal zo.” 

Wie klopt er bij jou aan voor een nieuw interieur? 
“Wat mij opvalt is dat mijn klanten en ik niet bang zijn om buiten de lijntjes te kleuren van wat momenteel als trendy of stijlvol wordt beschouwd. Het zijn vaak mensen met een open geest, met een kosmopolitische instelling. Ze gaan voor een huis waarin geleefd mag worden, waarin hun kinderen zich ook mogen uitleven. Ik vind het belangrijk dat je als je binnenkomt in een huis, je niet het gevoel hebt dat je in een foto van een woonmagazine binnenstapt. Nee, je moet joie de vivre voelen.”

Mogen er dan ook kindertekeningen aan de muur, en niet alleen moderne kunst?
“Alles kan, kindertekeningen ook. Al vind ik het wel belangrijk dat ze op de juiste plek hangen. Een item in je interieur hoeft niet altijd duur of van een bekende naam te zijn om mooi te passen bij het geheel. Ik heb ook weinig op met huizen waarin ik het gevoel krijg dat ik telkens door dezelfde kamer loop. Waar de stijl en het kleurpalet van een kamer in het hele huis doorgetrokken. Nee, je moet kunnen reizen in je huis, van de nacht naar de dag, van de gezellige drukte van een etentje met vrienden naar de oase van een rustgevend bad. Elke kamer heeft een andere functie en moet in functie daarvan ook andere emoties oproepen.”

Hoe ziet een huis waarin je van kamer tot kamer reist eruit bij jou?
“Het is een huis vol verschillende sferen en stemmingen. Niet dat ik zoals in de jaren ‘90 erop sta elke kamer in een andere kleur te schilderen, het gaat veel verder dan dat. Zo hou ik ervan om in de slaapkamer donkere kleuren te gebruiken die een geborgen, warm en intiem gevoel crëeren. In de leefruimte heerst licht en ruimte, een werkkamer straalt focus, gedrevenheid en kalmte uit.” “Ik leid ook graag klanten rond in mijn eigen huis, zodat ze een indruk krijgen van hoe leuk het is als je van kamer tot kamer, van slaapsfeer naar eetsfeer kan reizen. Momenteel kan dat wel even niet, omdat ik mijn woning in Maldegem, waar al zes generaties van mijn familie woonden, aan het verbouwen ben. Een huis mag ook niet stilstaan, het moet meegroeien met z’n bewoners. En met de seizoenen: in de winter moet het anders voelen dan de zomer.”

Waarom is een andere look in de winter voor je interieur belangrijk?
“We dragen toch ook andere kleding ’s winters dan ’s zomers? We kiezen voor donkere kleuren en warme stoffen voor onze wintergarderobe, waarom je huis dan ook geen wintervacht geven? In landen als Engeland of Spanje is dat een gebruik dat veel meer ingeburgerd is dan bij ons. Terwijl in de zomer een sofa met lichte, koele stoffen en dito gordijnen heerlijk aanvoelen, wil je je ’s winters graag nestelen in een warme sofa in een warme kleur. Ook heerlijk dikke gordijnen met een winterse print of warme stof die de kou buiten houdt, maken het extra gezellig binnen.”
“De impact van gordijnen op de sfeer wordt vaak onderschat, terwijl je ze snel kan wisselen. Ik werk voor mijn gordijnen op maat samen met de beste gordijnenmaakster van het land. Vaak betrek ik haar heel nauw bij mijn projecten, ze heeft briljante ideeën en weet hoe ze aan de mooiste stoffen en prints kan raken …”

Heb je ook winterse tips voor wie een gordijn- en sofawissel niet ziet zitten?
“Je kan ook alleen gaan voor andere kussenhoezen of kaarsen in het interieur. Durf ook eens voor kaarsen met een donkere kleur kiezen, die je afwisselt met rode kaarsen tijdens de kerstperiode. Wordt het terug lente dan zet je opnieuw witte of lichtgroene kaarsen in de kandelaar voor een frisse toets.”
“Je hoeft ook niet alleen bij mij binnen te stappen als je een totaal vernieuwd interieur wil. In de showroom in Knokke-Heist kan je ook enkele objecten uitkiezen waar je oog opvalt. Soms begint het zo dat een klant z’n oog eerst laat vallen op een kast, we raken aan de praat en voor ik het weet, heeft hij niet alleen de kast gekocht, maar mag ik ook zijn huis in Knokke-Heist herinrichten. En daarna zijn huis in het binnenland. Of in het buitenland. Met heel wat van mijn klanten heb ik een vriendschapsband gekregen doorheen de jaren."

Is er een groot verschil tussen het inrichten van een vakantiehuis en een woonhuis?
“Toch wel. Ik merk dat wie zijn vakantiehuis in Knokke-Heist wil laten inrichten, daar graag een zomers gevoel in heeft en dus voor lichte tinten en kamers kiest. Natuurlijk hoeft dat niet altijd het beige van het strand en het lichtblauw van de zee te zijn …”

Bestaat er zoiets als een typisch Knokke-Heistse stijl?
“Op het vlak van architectuur zeker wel: je hebt de typische witte villa’s in cottagestijl en veel constructies met grote glaspartijen in de gevel. Maar voor de rest is de smaak van wie in Knokke-Heist woont even verscheiden als de mensen die er wonen.” “Ik voel me eigenlijk meer een Knokke-Heistenaar dan een Maldegemnaar. Ik bracht als kind de zomers altijd voor een groot deel in Knokke-Heist door. Ik voel me hier thuis en hou van de sfeer en de ontmoetingen hier. Op mooie dagen zit ik graag op het terras voor mijn showroom te kijken naar de va-et-vient. Laatst kwam er een Parijzenaar voorbij, we raakten in gesprek en nu ben ik zijn huis helemaal aan het herinrichten. Zoiets kan alleen in Knokke-Heist.”

Showroom Geoffroy Van Hulle,
Kustlaan 209, Knokke-Heist,

www.geoffroyvanhulle.com